Waarom het vleespercentage in kattenvoer misleidend is

Als makkelijke stelregel wordt er vaak gezegd dat je een kattenvoer moet nemen met een hoog vleespercentage, soms gespecificeerd met ‘minstens 70%’.

Vlees is immers belangrijk voor een carnivoor, en zo weet je tenminste dat er vlees in het voer zit in plaats van plantaardige toevoegingen. Dat is zeker een goed begin!

Echter kan dit een vertekend beeld geven van de voeding, waardoor je nog steeds niet per se een topvoeding kiest voor je kat.

Wat betekent het vleespercentage?

Vlees kan in allerlei vormen worden toegevoegd: vers, gedroogd, als meel en gehydrolyseerd. Het grootste verschil is dat vers nog 75% water bevat voordat het wordt toegevoegd, terwijl de andere 3 varianten nog maar 10% water bevat.

De ingrediëntenlijst wordt bepaald op basis van gewicht voordat het de machine ingaat. Daardoor komt de verse toevoeging vaak eerst, omdat het door het water zwaar is. Dat betekent tevens dat het percentueel een groter deel uitmaakt van de totale toevoegingen.

Die percentages worden gebruikt om op te tellen hoeveel vlees erin zit. Daarnaast worden ook vetten van dierlijke afkomst (zoals ‘kippenvet’) bij het vleesaandeel opgetelt.

Velen gebruiken het vleespercentage echter als een richtlijn voor eiwitten. Zo zegt Applaws:

“Een vleesaandeel van 80% verzorgt uw kat met waardevolle dierlijke eiwitten, die zij bijzonder goed kan verteren.”

Applaws kattenvoeding

Eiwitten uit het vleesaandeel

Alhoewel eiwit uit vlees meer verteerbaar is dan uit planten, is het belangrijk te weten hoeveel eiwitten er in de voeding zitten. Dit bepaald in grote mate hoeveel eiwit je kat (uit vlees) binnenkrijgt.

Zo bevat 100 gram rauwe kipgehakt 17 gram eiwit. Daarentegen geeft 100 gram kippenmeel 65 gram eiwit.

Als je minimaal 50 gram eiwit wil hebben, heb je bijna 300 gram rauwe kipgehakt nodig. Daarentegen is er slechts 77 gram kippenmeel nodig.

Is een hoog vleespercentage een hoog eiwitgehalte?

Om dit alles iets duidelijker te maken, hier een voorbeeld.

Voer A bevat 70% vlees. Hiervan is 60% rauw kip en 10% uit kippenvleesmeel. Fantastisch, toch? Veel vlees en ook nog vers toegevoegd. Maar de eiwitten zijn nog belangrijker!

Per 100 gram voer levert de kipgehakt 10,2 gram eiwit (60 gram kip keer 17%). Uit de vleesmeel komt nog eens 6,5 gram eiwit (10 gram kippenmeel keer 65%). In totaal dus 16,7 gram.

Vergelijk dit met voer B met 40% vlees wat alleen uit kippenvleesmeel bestaat. Per 100 gram voer is dit 40 gram kippenvleesmeel en dus 26 gram eiwit.

In dit geval is het vleespercentage in voer A aanzienlijk hoger dan in voer B. Echter is het eiwitgehalte in voer B veel hoger. Alhoewel er meer factoren meespelen, zou ik met deze gegevens voor voer B kiezen.

Ik hoop dat hieruit duidelijk wordt dat als je alleen naar het vleespercentage kijkt, dit behoorlijk misleidend kan zijn.

Vet uit het vleesaandeel

Dit voorbeeld laat dus nog buiten beschouwing dat het vleesaandeel ook kan zijn opgebouwd uit vet uit vlees of vis. Vet uit vlees is meestal rond de 5% en vis rond de 1-2%. Samen kan dit dus al 6-7% van het vleesaandeel uitmaken, waardoor je ook een vertekend beeld krijgt over dat wat eiwitten levert.

Zit er voldoende eiwit in?

Hoeveel eiwitten erin zitten is van belang, maar vooral of er genoeg eiwitten inzitten voor de portie die je kat mag eten.

Zo mag een gecastreerde kat minder eten dan een intacte kat, omdat hun metabolisme door hormonale veranderingen langzamer is. Dat betekent dat het voer geconcentreerder moet zijn in eiwit.

Applaws Kip met Lam (brok) vind ik een mooi voorbeeld.

Dit bevat meer dan 80% vlees. Echter zit er maar 37% eiwit in. Voor een gecastreerde kat van 4 kilo mag hiervan 54 gram mag eten. Hiervan is 19,9 gram eiwit. Dit is onder de 22,1 gram die ik voor een kat van 4 kilo hanteer. Onvoldoende eiwitten dus.

Daarentegen heb je Purizon Sterilised (brok).

Deze bevat 70% vlees. Dit vertaalt naar eiwitten is 46%. Dezelfde gecastreerde kat van 4 kilo mag hiervan 59 gram eten, waarvan 27,2 gram eiwit is. Dit is ruim boven het minimum van 22,1 gram per dag.[1]

Is het vleespercentage dan helemaal niet belangrijk?

Het vleespercentage op zichzelf kan me weinig schelen. Het vleespercentage wordt mijn inzien vaak gebruikt als marketing, omdat dit iets is wat makkelijk te zien valt.

Het vleespercentage op zichzelf kan me weinig schelen.

Wat ik wel belangrijk vind is waaruit de eiwitten zijn opgebouwd. Het heeft de voorkeur dat deze uit vlees komen. Gespecificeerd is beter dan niet gespecificeerd. Liever kippenmeel dan gevogeltemeel, en liever gevogeltemeel dan gewoon ‘vleesmeel’.

Lees meer: De kwaliteit van eiwitten

Conclusie: Het vleespercentage zegt niet alles

Alhoewel bij een hogere percentage de kans groter is dat er meer eiwitten inzitten, wil dat niet zeggen dat:

• Deze meer eiwitten bevatten dan een voeding met een lager vleespercentage
• Dat de voeding voldoende eiwitten bevat voor jouw kat per dag

Laat je dus niet gek maken door een hoog vleespercentage, maar blijf het eiwitgehalte in de gaten houden.

Bronnen

1. De 22,1 gram per dag is gebaseerd op het onderzoek van Laflamme en Hannah (2013) Discrepancy between use of lean body mass or nitrogen balance to determin protein requirements for adult cats. Deze stelt een minimum voor van 7,8 gram per kg lichaamsgewicht^0,75.