Sterilised kattenvoer na castratie: Nodig of niet?
Castratie
Marilyn [Catmoneo]
Castratie
6 min

Sterilised kattenvoer na castratie: nodig of niet?

6 min

Na castratie of wanneer een kat te dik is, wordt sterilised voer aanbevolen. Soms wordt ook indoor of light voeding aanbevolen. Door dit speciale caloriearmere voer is het de bedoeling dat je kat niet te dik wordt, of zelfs wat afvalt. In dit artikel ga ik dieper in op de ideeën achter light voeding voor katten die moeten afvallen.


Calorieën in het voer

Calorieën (kcal) is de energie in de voeding. Volgens het FEDIAF (Europees overzichtsorgaan) moet light voeding voor katten minstens 15% lager zijn in calorieën dan een vergelijkbare gemiddelde adult voeding. Het AAFCO (Amerika) stelt dat light droogvoer minder dan 3250 calorieën per kilo bevat en natvoer minder dan 950 calorieën per kilo.


Hier komt het calorie-effect om de hoek kijken. Hoe calorierijker een voeding is, hoe minder je kat ervan mag eten. En hoe caloriearmer een voeding is, hoe meer je kat ervan mag eten. Hierdoor mag een kat bijvoorbeeld meer natvoer dan brok eten. En als je meer mag eten, zet je maag meer uit. Dit betekent ook eerder een seintje dat je vol bent en dat je kunt stoppen met eten.


Dat betekent dat je kat van sterilised voer méér mag eten dan van reguliere voeding, want die zou lager in calorieën zijn. In theorie dan toch. Want waar de regels van het AAFCO heel duidelijk zijn, zijn die van het FEDIAF nogal vaag en merkafhankelijk. Oftewel: niet elk merk heeft een sterilised voeding die ook daadwerkelijk laag is in calorieën.


Voldoende eiwitten in sterilised voer?

Katten zijn carnivoren. Ze hebben daardoor meer eiwitten nodig dan bijvoorbeeld mensen of honden. Na castratie mogen katten tot wel een kwart minder eten. Daarom is het extra belangrijk dat er voldoende kwalitatieve eiwitten in de voeding zitten. Dit geldt nog eens dubbel en dwars als je kat ook nog wat gewicht moet verlezen.


Behoud van spiermassa

Een eiwitrijk dieet heeft namelijk een positief effect heeft op de lean body mass. Dit is het vetvrije gedeelte, dat grotendeels bestaat uit spiermassa. Spiermassa bepaalt tot wel 95% van de energieverbranding. Hoe meer spiermassa, hoe meer energie verbruikt wordt. Laflamme en Hannah lieten in 2005 zien dat een dieet met meer dan 45%DM eiwit versus een controledieet met 35%DM eiwit zorgde voor meer vetverlies en minder spiermassa verlies. Mogelijk heeft het ook een preventieve rol in de ontwikkeling van leververvetting.


Thermische effect

Een tweede reden is dat voor de verbranding van eiwitten meer energie nodig is dan voor koolhydraten. Vetten worden het makkelijkste verbrand. Dit wordt het “thermische effect” genoemd. Dit is belangrijk, omdat er van de energie die uit de eiwitten vrijkomt, uiteindeijk minder overblijft. Volgens Ngyen kan dit tot wel 12% verschillen. Een eiwitrijk dieet heeft dus minder beschikbare energie voor de kat dan een koolhydraatrijk dieet.


Er zijn dan ook aanwijzingen die stellen dat katten van een eiwitrijk dieet meer kunnen eten en toch gewichtsverlies kunnen behalen. Hierdoor hoef je minder streng de calorieën te verminderen. Dat maakt het weer makkelijker om je kat op gewicht te houden.


Vetten en calorie reductie

Nu is sterilised voeding voor katten veelal gebaseerd op vet vermindering. De redenering hierachter is dat vet 2,25 keer zoveel calorieën bevat als koolhydraten en eiwitten. Door het vet te beperken, kun je de voeding minder calorierijk maken. Echter kan dit ook te ver doorslaan.


Katten houden van eiwitsmaak, maar vet is een goede tweede voorkeur. Kane en anderen (1981) zagen bijvoorbeeld dat 25% vet werd verkozen boven een 10% of 50% vet in het dieet. Bij een lagere hoeveelheid vet kan dat dus ook leiden tot minder eten. Nu denk je misschien: dat wilden we toch? Maar als een kat te weinig eet, komen andere voedingsstoffen ook in gedrang en kan er zelfs leververvetting optreden. Beiden kunnen je kat ziek maken.


Te veel koolhydraten in sterilised voer

Zonet zei ik al vet vaak wordt gereduceerd. Helaas wordt dit veelal vervangen door koolhydraten, want dat is goedkoper dan (eiwitrijk) vlees. Ook koolhydraten kunnen ervoor zorgen dat je kat minder eet, zo bleek uit onderzoek van Hewson-Hughes (2011). Dit komt door het koolhydratenplafond van ongeveer 25% van de calorieën. Bij voedingen die meer energie leveren uit koolhydraten, kan het dus zijn dat de kat zich makkelijker kan inhouden om te veel te eten.


Of dit iets is wat je moet nastreven, is twijfelachtig. Veel koolhydraten kunnen namelijk ook zorgen voor een (chronisch) verhoogde bloedsuiker. Rijst heeft dit effect nog sterker. Dit kan zelfs (pre) diabetische waarden aannemen (zie ook dit artikel). Tevens zorgt een hoge bloedsuiker voor een verhoogde afgifte van insuline. Insuline hecht zich ook aan de ontvangers (‘receptoren’) van vetcellen, waardoor de energie daar uit niet meer opgenomen kan worden. Minder koolhydraten kunnen zorgen voor een verschuiving van energie opslag naar energie gebruik uit lichaamsvet.


Meer vezels, minder calorieën

Vezels kunnen ook gebruikt worden als energie verdunner. In sterilised brokken is dit vaak de verkozen methode. Daarnaast zouden vezels verzadigen en neemt het hongergevoel af doordat er meer inhoud is in de maag en darmen. Deze geven hormonen af door het oprekken van de wanden aan de hersenen, die zeggen: “ik zit vol!”.


In traditionele calorie reducerende light kattenvoer zit hierom vaak meer dan 10% vezels op droge basis. Het nadeel is dat je niet eeuwig vezels kan blijven toevoegen. Daardoor houdt de energie verdunning een keer op. Je komt nooit tot het punt van caloriearme voeding waar natvoer op zit.


Een tweede nadeel is het effect van (hoge) hoeveelheden vezels op de verteerbaarheid van de voeding. Dit kán positief uitgelegd worden, want verminderde opneembaarheid van energie van grofweg 2 tot 8% zorgt ook voor afvallen. Echter leidt dit ook tot mindere opname van eiwitten en de opname van diverse mineralen, waaronder zink, calcium, ijzer en fosfor. Bij onoplosbare vezels, zoals cellulose en bietenpulp, is dat meer aan de orde dan bij oplosbare vezels.


Een meer praktisch nadeel is de poep: de hoeveelheid zal drastisch toenemen. Dat is nog niet zo heel erg. Wat vervelender is, is dat het waarschijnlijk aanzienlijk meer stinkt en je kat meer scheten gaat laten. Dit komt omdat bij grote hoeveelheden koolhydraten dit niet opgenomen wordt, doorschiet naar de dikke darm en de bacteriën het daar fermenteren waarbij veel gassen vrijkomen.


De traditionele calorie reductie versus metabolic control

Traditioneel werd gedacht voor afvallen: als je maar minder calorieën eet, dan val je vanzelf af. Gewicht werd geacht een optelsom te zijn van calorie inname min calorie gebruik. Bij een overschot kom je gewicht aan, terwijl bij een tekort je afvalt. Daarom werden calorie gereduceerde diëten voor katten ontwikkelt. Deze zijn over het algemeen laag in vet en rijk aan vezels.


De tegenhanger tegenwoordig is de metabolic control. In mensenvoeding wordt deze aanpak ook wel ‘low carb’ (laag in koolhydraten) genoemd. Hierin zijn eiwitten verhoogd en koolhydraten en vezels lager. Voor beide diëten zijn aanwijzingen dat ze leiden tot gewichtsverlies. Daarbij is het wel van essentieel belang dat er maaltijden gevoerd worden en niet onbeperkt.

  • als er op de verpakking staat "metabolic control" wil dat nog niet zeggen dat het ook low-carb is (helaas). Dat zul je zelf moeten berekenen.


Aanbevelingen voor beide diëten zien er als volgt uit:

NutriëntCalorie ReductieMetabolic Control
Eiwitten> 35%> 47%
Vetten
Koolhydraten
Vezels15 – 20%> 5%
L-carnitine> 500 mg/kg> 500 mg/kg

Alle percentages zijn op droge basis (DM).
> betekent 'meer dan',


Sterilised voer: is het nodig?

Ondanks dat met beide diëten resultaat geboekt kan worden, heb ik een voorkeur voor een metabolic control aanpak, het liefst op basis van een natvoer.

  • De hogere eiwitten zorgen voor meer vetverlies en minder spiermassa verlies. Alhoewel (nog) niet bewezen, is het vermoeden dat dit op lange termijn het jojo effect tegen gaat.
  • Tevens bevat het minder koolhydraten, waardoor je de kans op (pre) diabetes verkleint. Immers, katten met overgewicht hebben hierop al een verhoogd risico.
  • Ook de lagere hoeveelheid vezels spreekt me aan, door minder gasvorming in de darmen die tot lichamelijk ongemak kunnen leiden.
  • Het vochtgehalte in het natvoer zorgt voor minder eten, waardoor de strijd om eten minder wordt (plus, katten zijn hierdoor beter gehydrateerd).


Ik denk oprecht dat deze aanpak op langere termijn beter is, omdat:

  1. Er worden meer spieren behouden, waardoor het energiegebruik hoger blijft
  2. Er kan meer gevoerd worden in grammen, waardoor de hongerstrijd minder is (zowel in je eigen hoofd als vanuit je kat).


Ben je nieuwsgierig welke voedingen ik specifiek aanbeveel voor je gecastreerde kat? Kijk dan even bij de Catmoneo voerijsten: ze zijn er je kittens, adults en senioren.


Bronnen

Fediaf (2018) Code of Good Labelling Practice for Pet Food. Te downloaden via hun website hier.

Alexander en anderen (2014) The effect of reducing dietary density via the addition of water to a dry diet on body weight, energy intake and physical activity in adult neutered cats.

Wei en anderen (2011) Effects of water content in a canned food on voluntary food intake and bodyweight in cats.

Laflamme en Hannah (2005) Increased dietary protein promotes fat loss end reduces loss of lean body mass during weight loss in cats.

Nguyen; Zoals beschreven door Castrillo en anderen (2009) Methods for predicting the energy value of pet foods.

Vasconcellos en anderen (2009) Protein intake during weight loss influences the energy required for weight loss and maintenance in cats

Small Animal Clinical Nutrition, 5de editie, hoofdstuk 5 en 27

Kane en anderen (1981) Acceptability and digestibility by adult cats of diets made with various sources and levels of fat

Hewson-Hughes (2011) Geometric analysis of macronutrient selection in the adult domestic cat, Felis Catus